Ber!
Het is september. En dat betekent dat de “ber” weer in de maand is voor de komende, leukste, maanden. Dat betekent ook dat er iets van kerst in mijn woonkamer komt te staan. Voor de mensen die mij al wat langer kennen en/of volgen: das niks nieuws onder de zon. Jess & kerst is hetzelfde als appeltaart met slagroom, Ross & Rachel, rode wijn met oude kaas, stamppot boerenkool met een rookworst… Okay, hier krijg ik trek van en ik denk dat jullie de boodschap wel begrijpen.
De warmere maanden komen er aan. Niet zozeer qua temperatuur maar wel qua gezelligheid en dan met name binnen. Nu ben ik het hele jaar door van de kaarsjes en kerstfilms maar nu het september is, ga ik echt los en steek ik zo’n zeven tot acht kaarsjes in de hens ’s middags. ’s Middags? Och lieve schat, als het triest weer is buiten dan begin ik er ’s morgens al mee. Ik hou van kaarsjes. Ze staan voor gezelligheid en dat vind ik belangrijk, juist omdat ik veel alleen ben. Ik creëer voor mezelf een soort cocon van warmte en gezelligheid omdat m’n lijf juist vaak in deze maanden voor meer uitdagingen zorgt.
Het liefst regent het pijpenstelen en hoor ik een storm tekeer gaan...
De sfeer van de “ber” maanden zijn voor mij haast magisch. De wereld kleurt in de mooiste kleuren, mensen hebben bij hun huis de leuke lichtjes weer aan en de avonden worden korter. Ik hou ervan als de avonden korter zijn.
Kneuterigheid ten top om met m’n ponnetje en badjas aan – of m’n huispakkie – opgekruld onder een plaid heerlijk naar de leukste programma’s, (kerst-) films, vlogs en video’s te kijken. Het liefst regent het pijpenstelen, de hele dag door, en hoor ik een storm die tekeer gaat alsof alle pannen ieder moment van het dak kunnen waaien. Bij wijze van spreken dan, hè? I love it.
Daarom ook heb ik nu al jaren een WoodWick kaars. Ik heb geen idee of je de kaarsen kent maar ze ruiken heerlijk en geven een knisperend haardvuur geluid. Nou, maak me gek…
Ik heb geen ruimte in mijn huis voor een fijne haard dus is zo’n kaars the next best thing. En dan dus een storm erbij. Regen. Een romantische film. Een wijntje of glaasje whiskey. Een fijn, Frans kaasje. Een nootje of twee. Sjees, wat heb ik vandaag met eten?!
Hoe dan ook, jullie begrijpen de setting. En het allerfijnste is dat ik juist dit jaar nog meer geniet dan andere jaren. Juist dankzij alle confrontaties die ik met mezelf ben aangegaan ben ik meer zen dan ooit. Het vertrouwen wat ik voel op zoveel vlakken is zo’n aangenaam cadeautje.
Gevoelsmatig heb ik met name de afgelopen maanden bergen verzet en daarmee heb ik mezelf het grootste en mooiste cadeau ooit gegeven, na de geboorte van mijn dochters: helemaal mezelf zijn. Ik ben eigenlijk altijd in meer en mindere mate bezig geweest ervoor te zorgen dat ik anderen niet zou verliezen terwijl ik ondertussen mezelf steeds meer verloor.
Nu, sinds ik op Ameland ben geweest, besef ik dat dit fout is. En het juist goed is om grenzen te stellen. En dat het stellen van die grenzen geen muren zijn om mensen buiten te houden maar dat het deuren zijn waarmee ik mensen uitnodig binnen te komen met behoudt van het respect voor mij en mijn grenzen. Want ik heb de regie over mijn leven… Nooit met als doel een ander te kwetsen, laat dat duidelijk zijn, maar met het doel zelfzorg.
Het is iedere traan die je laat waard. En als ik het kan?
Voor mij is zelfzorg natuurlijk al jaren een fijn woord, ik weet dus ook best goed hoe ik het mezelf in mijn huis naar de zin moet maken, maar ik was er dus geen kei in om het mezelf op andere vlakken naar de zin te maken. Toch ergens altijd bang wat de mensen om me heen zouden denken. Ik ben ook op die manier opgevoed, dat alles een soort van perfect plaatje moest zijn voor de buitenwereld want stel je voor wat die zouden kunnen denken, dus ram dat er maar eens uit. Maar das dus nu gebeurd. Ik heb het er bij mezelf uit geramd. Lekker belangrijk wat de ander van mij denkt en/of vindt. Ik vind mezelf een fantastisch lieve en aantrekkelijke vrouw. Wat een ander van me vindt: toedels. Zò zonde van je tijd om vanuit een vorm van perfectionisme te leven zoals mijn ouders dat deden. Het opgelegde beeld van “wat hoort” is zò zwaar geweest dat het als een soort van bevrijdend voelt dat ik dit nu mag ervaren. Het voelt alsof ik iets groots heb doorbroken en mezelf een soort van toestemming heb gegeven dat het echt helemaal okay is om volledig mezelf te zijn. Dat het dikke prima is als ik A zeg terwijl de rest om mij heen B zegt. Ik hoef me niet te voegen naar de ander… Ik ben echt precies genoeg zoals ik ben.
En nu weet ik dat er mensen zijn die dit lezen die een fijne opvoeding hebben gehad en die bovengenoemde dus heel normaal vinden, die grenzen aangeven alsof ze aardappels schillen terwijl ze ondertussen de schouderkarbonade nog ff een keer omdraaien, maar ik weet ook dat er mensen zijn die mijn blog lezen voor wie dit een soort van “feest” van herkenning is. Die ik wellicht aanmoedig met deze blog om ook met zichzelf aan de slag te gaan. Geloof me, hoe zwaar ook: het is iedere traan die je laat waard. En als ik het kan op m’n 52ste?
Enniewee, de “ber” maanden worden dus enorm magisch voor mij. Dit jaar nog meer dan ooit tevoren… “I’m dreaming of a… Whoop whoop!”
Tot de volgende blog. X